De Nederlandse Labcodeset, een subset van LOINC, ontwikkelt zich continu. Doel is om laboratoriumdiagnostiek in Nederland eenduidig en interoperabel te maken. Door nauwe samenwerking tussen wetenschappelijke verenigingen, Nictiz en internationale partners worden zowel de inhoud als de praktische toepassing van LOINC verder verfijnd. Recente mijlpalen – van de publicatie van de handleiding tot de introductie van de LOINC-ontologie – laten zien hoe Nederland actief bijdraagt aan een toekomst waarin laboratoriumdata consistent, begrijpelijk en grensoverschrijdend uitwisselbaar zijn.
De Nederlandse Labcodeset is een subset van de internationale LOINC-database en is sinds 2019 formeel erkend door het ministerie van VWS. In de Nederlandse Labcodeset zijn vooral LOINC-codes opgenomen van bepalingen die uitgevoerd worden in de Nederlandse laboratoria. Hierdoor wordt het kiezen van een juiste LOINC-code vergemakkelijkt. Dit draagt bij aan een consistent gebruik van LOINC.
De Nederlandse Labcodeset wordt functioneel beheerd door Nictiz en is o.a. beschikbaar via de nationale terminologieserver. Vakinhoudelijk wordt de Labcodeset beheerd door redactieraden van de wetenschappelijke beroepsverenigingen van de NVMM (Nederlandse Vereniging voor Medische Microbiologie) en NVKC (Nederlandse Vereniging voor Klinische Chemie).
Handleiding
De afgelopen jaren hebben de leden van de redactieraad vooral gewerkt aan het schrijven van een handleiding: lc:Labcodeset handleiding Eenheid van Taal in laboratoriumgeneeskunde – informatiestandaarden. Deze handleiding bestaat uit drie delen:
- een wegwijzer voor het uitwisselingsdossier en de Nederlandse Labcodeset;
- de gemaakte keuzes m.b.t. welke concepten opgenomen worden in de Labcodeset;
- een praktische handleiding voor de implementatie van Eenheid van Taal in het LIMS (Laboratorium Informatie Management Systeem).
Na de publicatie van deze handleiding werken de redactieraden aan het consistent maken van de concepten in de Labcodeset en het toevoegen van ontbrekende concepten. In eerste instantie ligt de focus op de meest aangevraagde bepalingen (zogenoemde kernsets).
Internationale afstemming
Als redactieraden zijn we ook internationaal actief. Het is namelijk belangrijk dat de keuzes die we in Nederland maken m.b.t. semantische standaardisatie van laboratoriumuitslagen aansluit op en zo nodig afgestemd wordt met internationale ontwikkelingen. Zo waren we betrokken bij de consultatie van de richtlijn in kader van de EHDS op het gebied van laboratoriumdiagnostiek, zie ook elders in deze nieuwsbrief een toelichting hierover. Daarnaast zijn enkele leden afgevaardigd in Europese werkgroepen. Onderwerpen zijn onder meer welke metadata relevant zijn om mee te sturen met een laboratoriumuitslag en wat er eventueel nog ontwikkeld moet worden door verschillende leveranciers van EHRs en standaarden.
Publicatie LOINC-ontologie
Tevens is LOINC ook in ontwikkeling. Hieronder een korte update van twee recente, relevante ontwikkelingen. De eerste is de Publicatie van de LOINC-ontologie (LOINC Ontology – LOINC) begin 2025 door een samenwerking tussen Regenstrief (LOINC) en SNOMED international. Een belangrijk doel van deze samenwerking is het creëren van een extensie van SNOMED CT-concepten voor die concepten die gedeeld worden tussen LOINC en SNOMED CT. Het betreft geen duplicatie, maar een transformatie en zorgt ervoor dat de voordelen van beide terminologieën elkaar versterken.
LOINC is wereldwijd de meest gebruikte standaard voor het coderen van laboratoriumtests, metingen en observaties en is specifiek voor dit doeleinde ontworpen. Het voordeel van LOINC is dat in één concept de volgende aspecten worden vastgelegd: type test, materiaal, tijdsperiode van verzameling, eigenschap van de meting, eenheid van de meting en eventueel de methode. Het nadeel van deze precodering is dat LOINC geen ontologisch netwerk is en hierdoor geen hiërarchie heeft, waardoor relaties gelegd kunnen worden, zoals in SNOMED CT wel het geval is.
Door de samenwerking komen de meer gedetailleerde observaties in LOINC beschikbaar in een SNOMED-indeling, waardoor de verwerkbaarheid van LOINC dus vergroot wordt. De meest recente publicatie van september 2025 bevat 41.000 concepten (met name kwantitatieve bepalingen), inclusief 70% van de 20.000 meest gebruikte LOINC concepten.
Nictiz is momenteel aan het onderzoeken hoe ze deze ontologie beschikbaar kunnen maken op de terminologieserver.
Order only LOINCs
De tweede ontwikkeling: In de meest recente versie van LOINC (augustus 2025) zijn
Een tweede ontwikkeling is de publicatie van de zogenoemde ‘order only’ LOINCs in de meest recente versie van LOINC (augustus 2025). Deze LOINC-codes bevatten geen methode en wijze van rapportage en zouden dus goed te gebruiken zijn voor het orderen van laboratoriumdiagnostiek. Middels de LOINC-ontologie is deze ‘order only’ LOINC via een ‘parent-child’-relatie verbonden met een ‘result’ LOINC. Dit betreft momenteel nog een pilot vanuit deze samenwerking, daarom zijn deze ‘order only’ LOINC codes nog niet beschikbaar in de Nederlandse Labcodeset. Mogelijk biedt deze ‘order only’ LOINC een oplossing voor het aanvragen van laboratoriumdiagnostiek via LOINC.
‘LOINC code alone never has all of the information that would make data instances semantically interoperable’, Stan Huff, Chair, Clinical LOINC Committee.
Judith Gillis